‘Wij gaan naar de film. Tonio draait in Lumière.’ De grote zoon vindt het best. Als pa en ma van huis zijn, heeft hij het rijk voor zich alleen. Lekker ongestoord chillen en wat klooien in het schuurtje. De laatste hand leggen aan een vooroorlogse fiets. Nog even en hij vertrekt naar Amsterdam. De stad die veel jongvolwassenen meer trekt dan welke plaats in Limburg ook. Actiepuntje voor de gouverneur.
Er is al heel wat afgejubeld over de verhuizing van het Maastrichtse filmhuis naar de voormalige Sphinxfabriek. En niet voor niets. Het nieuwe Lumière doet recht aan het erfgoed van de stad. Het restaurant is een schoolvoorbeeld van de hipste horeca. Met Leffe Blond op de tap.
Net zoals de requiemroman van A.F.Th. van der Heijden is de film Tonio een ode aan zijn zoon. Een lieve jongen die gewoon nog had kunnen leven. Hij werd op zijn fiets aangereden in de buurt van het Vondelpark. Waar het boek vooral Tonio belicht, richten de schijnwerpers zich nu op Mirjam. Als Tonio’s moeder valt ze samen met twee begrippen: liefde en trots. Voor haar man Adri is ze een toonbeeld van begrip en mededogen. Zelfs op diens meest bezopen en minst charmante momenten. Ook ten opzichte van haar Joodse ouders is ze zorgzaam en voelt ze haarfijn aan, wanneer ze maar beter kan zwijgen.
De manier waarop ze het verdriet om de dood van haar zoon ondergaat, grijpt me ongenadig bij de strot. Ze huilt in alle mogelijke toonaarden. Omdat het zo pijn doet. Niet omdat ze zichzelf als mikpunt van ellende ziet. Wat wel geldt voor haar moeder, die voordat ze bij het eigenlijke verdriet kan komen, eerst nog door een laag slachtofferschap heen moet. ‘Heb je maar één kleinkind, is zelfs dàt je niet gegund.’ Neem het haar eens kwalijk.
Nu plagen me twee vragen. Bestaat deze Mirjam echt? En mag ik mijn zoon van vijfentwintig nog fietslampjes meegeven?
Deze column is gepubliceerd in Dagblad de Limburger en het Limburgs Dagblad op 21 oktober 2016
Aangezien ik niet weet of mijn strot mij aankan ( deze zat bij het zien van de trailer al aardig op slot en dat wil ik niet delen met de rest van de zaal ) twijfel ik nog sterk of ik deze aangrijpende film ga bezoeken.
Beter nog wat lampjes meegeven zegt mijn moederhart. Deze worden waarschijnlijk niet gebruikt weet ik, maar ook jij uit ervaring, maar toch..
Zeg tegen zoon lief dat hij wat fietsen als reserve opknapt want met 1 fiets red hij t niet ben ik bang. Dus voor je het weet zijn ook je met liefde gegeven lampjes weer poter.
Leonie, lees hieronder het welgemeende advies van Thij. Ik ben het (voor 1x) met hem eens 😉
Ik vond Pierre Bokma ook geweldig! Hij liet alle lagen van verdriet zien! Prachtige verfilming van het boek! En wat het nieuwe Lumiėre filmhuis betreft, het is een heuse bioscoop geworden, mis een beetje dat knusse van een filmhuis… zal
Heel treffend weer Ank. 25, Vragen kan altijd, na het zien van deze film, of ie dat leuk vindt of niet. Ooit wel
Ank, wil jij Leonie even geruststellen. De tranentrekkers zitten in het midden van de film. Het is donker in de zaal. Niemand die omkijkt. Je kunt je tranen rustig laten biggelen. Geen wrijvende handgebaren maken. Tegen het eind van de film is het zilte vocht opgedroogd. Niemand die het ziet. De film is het waard.
lieve ank, mooi uitnodigend stukje: mijn zoon van negentien geniet sinds kort ook van leven en studeren in amsterdam….boek Tonio vond ik geweldig: kon ik zo nu en dan even wegleggen om emoties en gedachtes te spiegelen en te verdiepen: hoe goed ken je je kind….film bespaar ik mezelf….