Een eenakter voor designmeubelen
Het vloerkleed ligt er matjes bij terwijl de muren wit wegtrekken. Zo goed en zo kwaad als het gaat, houden ze hun schilderijen stevig vast.
‘Denk jij wat ik denk?’ steunt de bank.
‘Breek me de bek niet open.’ Het platte kussen dat een eindje verderop ligt, zucht.
‘Dit gaat niet goed hier.’
‘Ik vroeg het niet aan jou, ik vroeg het aan haar daar,’ zegt de bank en richt zijn blik naar het vloerkleed. Maar dat zegt niets, nog niet tenminste.
Met een misprijzend sissen trekt de radiator de aandacht.
‘Hoe vaak hebben we dit al meegemaakt en ging het hele gedoe toch weer verder? Wedden dat het nu ook zo is?’
‘Ik geloof het niet,’ zegt de bank, ‘jullie zullen mij wel weer betweterig vinden, maar deze keer is het anders, zwaarder.’
De kroonluchter, die zich tot dan toe op afstand heeft gehouden, mengt zich in het gesprek.
‘Hoezo zwaarder? Je kunt het ook lichter opvatten. Misschien is het wel goed als hier de stoppen eens doorslaan. Ieder einde is ook het begin van iets nieuws, dat las ik pas nog ergens.’
De bank negeert haar affectieve toontje. Hij laat zich zijn zorgen niet zomaar afnemen.
Doorslaande stoppen of niet, wat hier gezegd is deze avond, belooft niet veel goeds. Als de één maar eens dit. Als de ander maar eens dat. Als, als.
‘Wat kunnen we doen?’ vraagt hij aan niemand in het bijzonder.
Het vloerkleed schuift nu ongemakkelijk heen en weer. Het wil, nadat het alles zwijgzaam over zich heen heeft laten gaan, wel degelijk iets zeggen. Bewust van de invloed die zijn woorden zullen hebben, gunt het zichzelf en de anderen nog wat tijd. Het kucht even en kijkt dan met een droeve blik de kamer rond. Het is de opmaat naar de woorden, die alleen door hem gezegd mogen worden.
Het is duidelijk. Het is duidelijk en het is waar voor iedereen die het gehoord heeft.
Alsof ze het afgesproken hebben, schuiven de gordijnen wat dichter naar elkaar. Buiten hoeft niemand het nog te weten.
‘Weet je,’ fluistert de ene helft tegen de andere, ‘ik vind het nog het ergst voor de hond.’
Deze column is gepubliceerd in Kumulus Magazine van november 2013.