Minister Schippers en staatssecretaris van Rijn van VWS willen iets doen aan het taboe op psychische aandoeningen. Dat is nog altijd de wereld niet uit, helaas. Daarom gaan ze een landelijk congres organiseren in Den Haag. Iedereen is welkom: van mensen die weten wat het is om psychisch ziek te zijn, tot bestuurders en werkers in de zorg. Alle congresgangers mogen meedenken over oplossingen, die komaf gaan maken met dat taboe. Want taboes, zo is de gedachte, houden onbegrip en vooroordelen maar in stand. Een nobel streven, een goed plan en de juiste mensen betrokken. Mooi.
Ze bedenken een titel: ‘Iedereen heeft wel wat.’ Zo wordt het al snel veel minder mooi. Want zoiets kun je zeggen tegen iemand met een kalknagel, die twijfelt over de aanschaf van een paar open sandalen. Maar als kop voor deze bijeenkomst? Hiermee strijk je menig bezoeker al tegen de haren, nog voordat hij de trein naar de hofstad is ingestapt.
Om die luchtigheid nog wat kracht bij te zetten, nodigen ze Mark Rutte uit voor het openingswoord. Rutte, landskampioen in het weglachen van schrijnende zaken. Niet bepaald iemand die ‘iets heeft’ met psychische ziektes of duidelijk begaan is met de geestelijke gezondheidszorg. Als hij maar niet gaat vertellen dat ook hij wat heeft, omdat hij soms olifanten ziet die er helemaal niet zijn.
We mogen hopen dat Schippers de zaak nog op tijd in goede banen weet te leiden en Rutte streng instrueert: denk erom, geen grapjes. Een taboe op psychische ziektes doorbreken, begint met het serieus nemen van de mensen die ermee moeten leven.
Deze column is gepubliceerd in Dagblad de Limburger en het Limburgs Dagblad op 20 juni 2014.
Ank, goed stukje
Top !