Cadeautje van de Staat: na je vijftigste verjaardag mag je als Nederlandse vrouw elke twee jaar je boezem laten checken. Mochten je borsten zich per ongeluk ontwikkeld hebben als boobytraps, dan ben je er tenminste vroeg bij.
‘Ai, is het nog niet strak genoeg?’ De verpleegkundige schudt van nee. Mijn borst verdwijnt tussen de twee horizontale platen van het röntgenapparaat, waardoor het geheel nog het meest weg heeft van een bolletje mozzarella in een tosti-ijzer. ‘Het moet even voor het beste fotoresultaat.’ Ze zegt het bijna verontschuldigend. Dan loopt ze kordaat naar een paneel iets verderop en drukt op een knop. ‘Zo, dat is één, nu die andere nog’ zegt ze en ze lacht. Zij wel.
Ik bof: met mij is niets aan de hand. Dat kan niet elke vrouw zeggen, helaas. Vorige week vertoonde Sacha Polak haar documentaire Nieuwe tieten op het Nederlands Filmfestival in Utrecht. Sacha is behalve filmmaker ook draagster van het erfelijke BRCA1-gen. Dat gen is een lelijk ding, dat de kans op borstkanker schrikbarend verhoogt. Artsen met ernstige gezichten adviseerden de dertigjarige Sacha afscheid te nemen van haar nog gezonde borsten. De getroffen cineaste legde het hele proces vast, van advies tot amputatie.
Met de naturel gefilmde beelden, laat de regisseuse je als een zus meekijken naar haar verhaal in Nieuwe tieten. Die titel is geen toevalstreffer. Hij klinkt alsof hij de verwijderde borsten met dat trucbom-gen een stevige trap na geeft: weg jullie. Het dappere document zet ook mijn ‘ai, is het nog niet strak genoeg’ in een ander licht. Hoezo pijnlijk onderzoek? Het onderzoek voortaan te mogen overslaan, da’s pas pijnlijk.
Deze column is gepubliceerd in Dagblad de Limburger en het Limburgs Dagblad op 11 oktober 2013
Fillertje? Gillertje!
Weer een rake column Ank Aerts, bam jonguh “in your face”
Get old and die gracious denk ik maar altijd!
Ik blijf het met de tandarts associéren.
Die vullen ook graag vanalles ja. Vooral hun eigen zakken.
Mijn moeder zaliger stierf met een gelaat dat bijna een eeuw lang aan rimpelvorming had gedaan. Alle zorgen die ze had gekend waren haar in het gezicht af te lezen. Toen ze eenmaal was gestorven dacht de lijkbezorger haar, en ons kinderen, een plezier te doen door haar een facelift te geven. Alle rimpels in haar koude gelaat heeft hij als een kreukelzone naar haar hals getrokken. Ook de diepe groeven rond haar mond moesten glad. Dat kon alleen door de mondhoeken naar beneden te trekken. Ze is begraven met een poppengezicht en een verbeten trek rond haar mond. Zo kenden wij haar niet. Het was onze moeder niet meer.
Het blijft hier eenzaam in m’n eentje. Nou niet van: ‘ach kom nou.’